Port of Zwolle: ruimte nodig om rol 'transitiehaven' waar te maken
15 augustus 2025

Port of Zwolle: ruimte nodig om rol 'transitiehaven' waar te maken



Port of Zwolle wil de komende jaren uitgroeien tot dé circulaire motor van Noordoost-Nederland. Met de havens in Zwolle, Kampen en Meppel als logistieke spil en proeftuin voor duurzame productieprocessen zet de coöperatie in op energietransitie, biobased bouw en hergebruik van grondstoffen voor onder meer de eiwittransitie. Dat moet de regio niet alleen groener, maar ook economisch sterker maken. Dat leidt wel tot een additionele ruimtebehoefte. Daarvoor wordt in eerste instantie ingezet op betere benutting van (bestaande) haven- en bedrijventerreinen.

Port of Zwolle bestaat uit drie havens – Zwolle, Kampen en Meppel – die complementair aan elkaar zijn. Onderlinge afstemming en samenwerking is belangrijk om de circulaire transitie en verduurzaming in de regio te versnellen. Port of Zwolle vervult daarbij niet alleen letterlijk een schakelfunctie als logistieke hub, maar als organisatie ook een verbindende rol. Port of Zwolle moet daarnaast een landingsplaats worden voor circulaire productie, aansluitend op bestaande activiteiten in de haven en de regio. 

Port of Zwolle is in 2015 opgericht door de gemeenten Zwolle, Kampen en Meppel met als doel de economische en maatschappelijke waarde van de regio te versterken door middel van een gezamenlijke havenstrategie. Port of Zwolle is strategisch gelegen en heeft verbindingen met belangrijke zeehavens zoals Rotterdam, Amsterdam en Antwerpen, evenals met Noord- en Oost-Nederland en Noordoost-Europa. De drie gemeenten willen Port of Zwolle nadrukkelijk neerzetten als duurzame en circulaire haven, door in te zetten op circulaire productieprocessen, energietransitie en de modal shift. 

Circa 80 procent van de overslag in de havens van Port of Zwolle bestaat uit bouwmaterialen, aardolieproducten, landbouw en (vee)voeding. Naast overslag vindt in de havens ook veel productie en verwerking plaats. Port of Zwolle is daarmee een haven met een relatief hoge toegevoegde waarde voor de regionale economie en zorgt voor veel werkgelegenheid. Maar hoe word je van haven met een hoge regionale toegevoegde waarde ook een aanjager van de circulaire economie? Het ambitiedocument ‘Port of Zwolle – Sturen op de toekomst’ uit 2022 biedt in eerste instantie een eindbeeld voor 2050. Daarin staat dat Port of Zwolle in 2050 beschikt over allerlei faciliteiten voor scheepvaart op waterstof en elektriciteit, en dat Port of Zwolle in 2050 beter bereikbaar is door investeringen in de sluizen bij Kornwerderzand en de verbetering van waterwegen. 

De circulaire ambities richten zich op transitiepaden circulair en biobased bouw en vergroening van de landbouw, duurzame energieopwek en -opslag en slimme, groene logistiek. Daarbij wordt voortgeborduurd op het bestaande dna van de havens.

Data als aanjager

Jeroen van den Ende, directeur van Port of Zwolle benadrukt dat er in de drie havens al bedrijven zitten die circulaire verwerking als corebusiness hebben, of grote stromen verwerken en daarmee een grote circulaire impact hebben of kunnen genereren. ‘We hebben een aantal bedrijven die zamelen afvalstoffen in en maken die klaar voor hergebruik. Maar ook bedrijven die warmte over hebben en teruggeven aan het net.’ Het havenbedrijf wil de schakel zijn tussen al deze bedrijven en ondernemingen en vraag en aanbod verbinden. 

Van den Ende: ‘We hebben heel veel data verzameld. Met deze data en onderzoeken in de hand stappen we op bedrijven af en gaan met ze in gesprek over wat zij kunnen bijdragen aan circulaire ketens. Daarnaast helpen we bedrijven die circulariteit minder op hun vizier hebben met ‘circulairder’ worden. We willen bedrijven die er meer moeite mee hebben niet uitsluiten. We zijn er in Nederland heel goed in het opleggen van allemaal eisen waarmee we industrieën weg jaren. Dit terwijl je bestaande industrieën nodig hebt om verdienvermogen te genereren, waarmee je de circulaire transitie kunt aanjagen. Je moet geen oude schoenen weggooien voor je nieuwe hebt.’

In het ambitiedocument zelf wordt gesproken over ‘selectie aan de poort’ voor nieuwe bedrijven, zelfs bij economisch tegenwind als nieuwe vestigers niet in de rij staan. Tegelijk maakt het ambitiedocument melding van een ‘kloof’ tussen de ambitieuze doelen voor Port of Zwolle en waar de meeste bedrijven nu staan. ‘Om deze te overbruggen moeten bedrijven maximaal worden ondersteund en meegenomen in de transitie van Port of Zwolle naar een logistieke hub voor circulaire bedrijvigheid’, aldus het document.

Logistiek makelaar

Zo heeft het havenbedrijf afgelopen jaar al diverse bedrijven geholpen om het pad op te gaan richting meer duurzame en circulaire waardeketens. Zoals Op- en Overslag Meppel BV, dat gespecialiseerd is in op- en overslag van verschillende wegenbouwproducten en diverse afvalstoffen. Maar ook verwerking tot nieuwe grondstoffen. 
Directeur en mede-eigenaar Jan Mark Oosterhuis vertelt onder meer afvalpuin te breken tot menggranulaat als nieuwe grondstof voor infrawerken. ‘Het afval komt van werken in de regio en na verwerking gaat het weer terug naar werken in de regio. Port of Zwolle helpt daarbij als een soort ‘logistiek makelaar’. De benodigde transportbewegingen gaan ‘per as’, omdat de werken verspreid over de regio doorgaans geen vaarwater hebben. Als er te weinig regionaal aanbod is, laat Oosterhuis het in bulk per schip van elders aanvoeren. 

Oosterhuis is betrokken geweest bij een pilot om restafval via binnenvaart van Limburg naar Drenthe te vervoeren, waar het op een duurzame manier gerecycled wordt, en speelde ook een rol in de lobby voor de verbreding en verdieping van het sluiscomplex in de Afsluitdijk bij Kornwerderzand. Port of Zwolle wordt daarmee aantrekkelijker voor binnenvaart en shortsea, en daar kunnen bedrijven gevestigd in de regio weer van profiteren. Verder bracht Oosterhuis het belang van de verdieping van het Meppelerdiep voor Meppel en de regio onder de aandacht. Wanneer het Meppelerdiep met 1,5 meter wordt uitgegraven, kunnen zwaarder beladen schepen de haven van Meppel weer bereiken.

Dat laatste is van belang, want binnen de strategie van Port of Zwolle moet de haven Meppel zich verder ontwikkelen tot grondstoffenknooppunt en ‘upcycle hub’, een belangrijke faciliteit voor het verwerken en hoogwaardig hergebruiken van restromen. Zeehavens kunnen een belangrijke rol vervullen als er meer milieuruimte nodig is. Oosterhuis vertelt dat bij Op- en Overslag Meppel BV al drie keer per week een schip aanmeert met grind dat in Rotterdam uit teerhoudend afval gewonnen wordt. De duurzaamheidswinst is evident. Op het traject Rotterdam-Meppel betekent één scheepslading 80 minder vrachtwagens op de weg. Vanaf Meppel gaat het grint ‘per as’ naar de betoncentrale in Hoogeveen.

Biobased bouw(materialen), batterij, eiwitstrategie

De ambities van Port of Zwolle reiken verder. De haven van Kampen kan, dankzij optimale bereikbaarheid over water, kansen verzilveren als vestigingslocatie als voor nieuwe innovatieve bedrijven gericht op prefabricage en assemblage van biobased (bouw)materialen. Daarnaast leent de haven zich als testerrein en proeffabriek voor nieuwe circulaire en biobased bouwconcepten. Ook liggen er mogelijkheden voor grondstoffenfabrieken op en rondom rioolwaterzuiveringsinstallaties, bijvoorbeeld voor het winnen van waardevolle mineralen. Port of Zwolle kan ook een belangrijke rol spelen als op- en overslagpunt van hout vanuit productiebossen in Scandinavië en Oost/ Midden-Europa en als vestigingsplaats voor prefab circulaire woningbouwfabrieken.

De terreinen van Kampen en bedrijventerrein Hessenpoort in Zwolle, hebben volgens Port of Zwolle de potentie door te fungeren als batterij voor de regio. Ze zijn niet elkaars tegenpolen, maar vullen elkaar aan. Zo ligt Hessenpoort strategisch bij een belangrijk regionaal energieknooppunt. De locatie is daardoor interessant voor grootschalige uitbreiding van energie-infrastructuur zoals onderstations, combinaties van duurzame opwek, productie van waterstof en grootschalige batterijopslag. De haven van Kampen is juist geschikt voor duurzame opwek en opslag van energie voor groene scheepvaart en havenlogistiek, aldus de het ambitiedocument.

Aanhakend op de Nationale Eiwitstrategie liggen er in ‘Port of Zwolle ook mogelijkheden voor productie, op- en overslag en verwerking van plantwaardige eiwitten voor onder meer vleesvervanger en kweekvlees. Of het produceren van duurzame eiwitten uit reststromen van graanoverslagbedrijven. 

Additionele ruimtevraag

De additionele ruimtevraag vanuit nieuwe bedrijven tot 2040 bedraagt volgens een schatting van Stec Groep, New Economy, Panteia en Defacto Stedenbouw die het rapport ‘Duurzame havenontwikkeling Port of Zwolle’ opstelden, zo’n 30 tot 35 hectare. Daarbovenop komt een additionele ruimtevraag van zo’n 40 tot 45 hectare vanuit de transitie-impact bij bestaande bedrijven. In totaal bedraagt de additionele ruimtebehoefte 70 tot 80 hectare, bovenop de 310 hectare die de havens nu opgeteld beslaan. Maar er is nog amper uitgeefbare grond beschikbaar. Daarom wordt ingezet op betere benutting van (bestaande) haven- en bedrijventerreinen. ‘Met het (weer) actief in gebruik nemen van kades en slimmere logistiek is de capaciteit van de bestaande havens uit te breiden’, staat in het ambitiedocument. Een tweede keuze is herstructurering en fysieke transformatie, dat ook kan helpen om het juiste bedrijf op de juiste plaats ruimte te bieden. Herstructurering brengt volgens Port of Zwolle een complex, langdurig en kostbaar proces met zich mee. Daarvoor zinspeelt Port of Zwolle op een prijsopslag voor bedrijven die nieuwe of herontwikkelde gronden kopen, om deze opslag te stoppen in een transformatiefonds. 

Naast het maximaal benutten van beschikbare regelingen en fondsen, zoals nationale of Europese fondsen, en provinciale regelingen voor investeringen in toekomstbestendige bedrijventerreinen in Overijssel en Drenthe. Naast ‘selectie aan de poort’ wil Port of Zwolle inzetten op modulair en demontabel ontwerpen van kavels, opstallen, openbare ruimte en infrastructuur, aldus het ambitiedocument. Uitgifte in erfpacht wordt in het document niet genoemd, maar volgens Van den Ende studeren deelnemers in de coöperatie Port of Zwolle wel op die mogelijkheid, om zo meer grip te krijgen op toekomstig gebruik. De deelnemers zijn (vooralsnog) als uitgevende instanties in de lead. 

Datum:

15 augustus 2025

Auteur:

Jan Jager (BT, vakblad voor economische gebiedsontwikkeling)

Fotograaf:

Delen via:

Schrijf u in voor de nieuwsbrief