Raad van Advies Port of Zwolle - interview Barbara Visser

‘Het is belangrijk om Port of Zwolle toekomstbestendig te maken’

Als oud-wethouder, -Kamerlid en -bewindspersoon weet Barbara Visser (45) hoe je draagvlak voor plannen organiseert én hoe de hazen in politiek Den Haag lopen. Die ervaring zet ze graag in als voorzitter van de Raad van Advies van Port of Zwolle.

Als dochter van een Nederlandse vader en een Kroatische moeder werd Barbara Visser geboren in de havenstad Šibenik in voormalig Joegoslavië. ‘En nu woon ik aan de Zaan, waar ik dagelijks binnenvaartschepen zie langsvaren. Ik hou van de niet-lullen-maar-poetsen-mentaliteit van de haven- en transportsector. Zo ben ik zelf ook.’

Ze aarzelde dan ook niet toen haar gevraagd werd om het voorzitterschap van de Raad van Advies van Port of Zwolle op zich te nemen. ‘Dit is een regio met ambitie waar het nodige te gebeuren staat waar mensen graag hun tanden in zetten. Daaraan draag ik graag mijn steentje bij.’

Drukke agenda

Als voorzitter van de Raad van Advies volgt ze Tineke Netelenbos op, net als Visser voormalig verkeersminister. Visser begon haar politieke loopbaan als gemeenteraadslid en havenwethouder in Zaanstad en kwam in 2012 voor de VVD in de Tweede Kamer. In 2017 werd ze staatssecretaris van Defensie en in augustus 2021 volgde ze Cora van Nieuwenhuizen op als (demissionair) minister van Infrastructuur en Waterstaat.  

Behalve het voorzitterschap van de Raad van Advies van Port of Zwolle vervult Visser op dit moment verschillende advies- en toezichtwerkzaamheden naast haar zoektocht naar een ‘echte’ baan. Dat zal hoogstwaarschijnlijk geen politieke functie worden, want op de vraag of ze Den Haag al mist, volgt een duidelijk ‘nee’. ‘Ik heb twaalf jaar fulltime in de politiek gewerkt waarvan ruim tien jaar op het Binnenhof. Er is meer in het leven dan de politiek.’ Een mogelijke nieuwe baan verwacht ze te kunnen combineren met de Raad van Advies. ‘Ik ben een drukke agenda gewend – en drukker dan in mijn Haagse tijd gaat het niet worden dus daar maak ik mij geen zorgen om.’

‘Schoolreisje’

Hoewel ze de regio vanuit haar eerdere functies kent, had Visser nog niet alle havens van Port of Zwolle met eigen ogen gezien. Een paar dagen voor het interview heeft ze met de andere leden van de Raad van Advies de drie havens bezocht. ‘Chauffeur Jan reed ons in een bus rond, waardoor ik dat schoolreisjesgevoel van vroeger kreeg. We begonnen op het stadhuis van Meppel en deden daarna de havens van Meppel, Zwolle en Kampen aan. Bij elke haven gaf de plaatselijke wethouder een toelichting op de problemen en kansen ter plekke. Er liggen flinke opgaven maar het waren al met al positieve verhalen.’

De toer onderstreepte voor Visser nog eens de vraagstukken waar de haven voor staat. ‘Het is belangrijk om Port of Zwolle toekomstbestendig te maken. Hoe richt je de organisatie, nu nog een coöperatie, in de toekomst in? Hoe intensiveer je de samenwerking, niet alleen met de drie deelnemende gemeenten maar ook met de gemeenten eromheen? Hoe vergroot je de toegevoegde waarde van de havens voor de omgeving? Allemaal zaken waar we als Raad van Advies desgewenst over mee kunnen denken.’

De beperkt beschikbare ruimte voor havenontwikkeling vormt hierbij een uitdaging, beseft Visser. ‘Het is zaak om de bestaande ruimte zo efficiënt mogelijk te benutten voordat je kijkt naar uitbreiding binnen of buiten de gemeente.’ Bij al deze kwesties benadrukt Visser dat politiek draagvlak belangrijk is. ‘Hoe krijg je als bestuurder de gemeenteraad mee? Hiermee heb ik als voormalig havenwethouder ervaring.’ Ook haar kennis en netwerk in Den Haag komen wellicht van pas, al zal dat vooral in adviserende zin zijn. De integriteitsregels bepalen namelijk dat ze binnen de eerste twee jaar na haar ministerschap zelf geen contact mag zoeken met het departement waar ze leiding aan gaf. 

Gevraagd en ongevraagd

Visser kijkt met belangstelling uit naar de adviesvragen die het bestuur van Port of Zwolle voor het komende jaar bij hen neerlegt. ‘Op basis daarvan kijken we of we ook nog aanleiding zien voor ongevraagde adviezen.’ Visser verwacht dat de leden van de Raad van Advies elkaar vanwege hun verschillende achtergronden en expertises aanvullen en ze kiest voor een positieve benadering. ‘Ik zie de dilemma’s, ook de bestuurlijke, maar zie vooral kansen voor de regio en voor het bedrijfsleven.’

Bij de bedrijven ligt volgens haar een belangrijke sleutel voor succes. ‘Van hun opgaven en hun ervaringen met transitie en transformatie zou ik een beter beeld willen krijgen. Mijn ervaring is dat bedrijven een andere beleving en een ander perspectief hebben dan bestuurders. Ik houd me dan ook aanbevolen als bedrijven daarover met ons in gesprek willen.’